Bert op reis in Birma

On the way to Mandalay 1

De nacht was lang en vredig in zichzelf gehuld, toen ik wakker werd van een hard krakend, knisperend geluid. Eerst dacht ik dat Carl stiekem een pak koekjes aan het verorberen was, maar het waren de muizen. Zij waren in staat geweest om drie pakken koekjes van een 1.20 meter hoog kastje te halen en vervolgens deze over een lengte van 5 meter over de vloer te slepen naar een gat in de vloer. Helaas waren de pakjes te groot en waren zij met vereende krachten bezig om de pakjes zodanig te verkleinen dat het ook aan de andere leden van de familie muis konden worden gepresenteerd. Ik verstoorde deze bezigheid en hun teleurstelling zal groot zijn geweest, toen zij weer uit hun holletje kwamen en de koekjes met de noordermaan waren verdwenen. Volgens mij zijn zij naar de buren gegaan om te kijken of daar nog iets van hun gading was. Verder bleef het rustig en om 06.00 uur stonden de twee wakkere muppets voor het open raam om de dag te begroeten. Dan volgen de rituelen en het ontbijt op een prachtig balkon ( zie het blauwe huis op de foto en de ander geeft het interieur van de kamer goed weer). Het verplaatsen met een auto is een feest voor het oog en balsem voor de ziel. De steeds weer afwisselende landschappen, de prachtige gouden pagodes, die glanzend hun schoonheid tonen. Het geheel wordt gecompleteerd door de mensen met hun open houding en altijd terugkerende wonderschone hartelijke glimlach. Een terugkerend ochtendritueel zijn de monniken die hun nap laten vullen met eten voor de lunch. Sereen en ingetogen ontvangen zij het eten en vervolgen met grote waardigheid hun weg. Wat wij onderweg ook regelmatig tegenkomen zijn de jongens, feestelijk gekleed, geschminkt en omringd door familieleden, die hun tocht naar de tempel begeleiden. Daar worden zij novice ofwel beginnende monnik voor 3 dagen. Daarna gaan zij weer naar huis, met kaal geschoren hoofd en hun eerste dieprode kledij. Later kunnen zij besluiten om nog een aantal keren als novice naar de tempel te gaan en uiteindelijk besluiten zij al dan niet om als monnik definitief in te treden. Het landschap is net een kameleon, de kleur,geur en intensiteit van het licht zijn steedsaan verandering onderhevig. Van donkergroen jungle groen naar lentegroene rijstvelden en dan weer okerkleurige steppelandschap en grijs/bruine tinten van het berglandschap. Authentieke dorpen worden afgewisseld met flitsende nieuwbouw van een nieuwe stad, Naypyidaw genaamd. Hier wordt het moderne Birma zichtbaar, veel moderne gebouwen, waar volgens mij toch weer Oost-Duitse of Chinese architecten hun stempel in het landschap hebben willen zetten. De entree van deze stad is een achtbaans weg, waar volgens mij een Boeing 777 makkelijk kan landen. Uiteindelijk komt deze weg uit op de verboden stad, hier mogen geen mensen van Birma in en ook geen buitenlanders. Dit is het centrale hart van de dictatuur in dit land. Hier staan de regeringsgebouwen en wonen de ambtenaren. Het andere gedeelte van de stad is voor het leger, hier wonen de hogere rangen. Er si heel veel luxe en alles wordt beveiligd door een hermetisch afgesloten stad en op de bergen rondom de stad staat afweergeschut en raketten, om eventuele indringers af te schrikken. Het schijnt ook dat er een ondergrondse weg is van 50 km, waar in geval van nood alle ingezetene van de stad snel vervoert kunnen worden naar een voor iedereen onbekende plek, Dit is een groot geheim in Birma. Angst zal wel de regisseur van veel mensen in deze vestingstad zijn. Vandaag met de nieuwe driver op pad gegaan, Soe een ,man van 61 jaar en zeer ervaren in het rijden en gidsen in Birma. De kennismaking verliep prima. Op de vraag waarom hij nog steeds dit werk doet antwoordde hij: mijn moeder is 85 en ik wil nog steeds voor haar zorgen en daar is geld voor nodig. Op zijn vraag hoe dat in Holland is vertelde ik het verhaal van mijn moeder. Volkomen onverwacht werd ik overweldigd door emoties, tranen welden op en rolden over mijn wangen. Soe gaf mij onmiddellijk een pakje tissues, zonder te kijken of een opmerking te maken. Carl zijn hand op mijn schouder gaf mij steun, maar ontroerde mij ook weer. Later met Carl veel over onze beide ouders gesproken en was heel betrokken en verhelderd. Op de wat saaie delen van onze tocht, die zijn er ook, wordt de wereld in het algemeen en Birma in het bijzonder besproken. Wij hebben een vraag aan Professor van der Laan (Hans voor vrienden) en die luid als volgt:Mag je de 1 miljoen monniken optellen bij het aantal werklozen in het land.Vooral Carl wacht met grote spanning het antwoord af. Inmiddels praat Carl alleen nog over Boeddha, Pietje is voorgoed verleden tijd. Ons questhouse staat op 50 meter afstand van een tempel, waar monniken regelmatig in en uit gaan. Volgens Carl is er een voor hem, onbekend plan om hem binnen te krijgen. Mijn voorstel om als novice drie dagen te gaan mediteren in een tempel, was voor hem nog een klein bruggetje te ver. Een andere vraag die ons bezighield was; Wordt de wereld kleiner of groter als je reist?? Mijn antwoord was groter en Carl beaamde dat en had er een psychologische verklaring voor. Een lege kamer is kleiner dan een ingerichte kamer. Helaas had hij het wetenschappelijk bewijs niet voorhanden. Tja, zo komen die twee muppets de dag wel door.Op dit moment verblijven wij in een prachtig bergdorpje en het is koud. Van 36 graden naar 18 graden is ineens een grote overgang. Morgen trekking naar andere bergdorpen en dan naar Inle lake. Daarover later meer als ik weer de elektronische snelweg op kan. So far so good.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!